Toezichthouders: Stop met stapelen
Goed toezicht is essentieel om de samenleving te kunnen laten zien dat we doen wat we behoren te doen, namelijk: kinderen veiligstellen. Precies het soort toezicht dat daarvoor nodig is, ontbreekt nu echter. Thomas van Andel, adviseur bij Jeugdbescherming, zegt daarom: Stop met het stapelen van toezicht en richt toezicht zo in dat het daadwerkelijk helpt om kinderen nog beter veilig te stellen. #Hetroermoetom!
Het stelsel van klachtprocedures en toezicht op de jeugdbescherming dient twee doelen. Ten eerste moet het leiden tot vertrouwen van de samenleving dat jeugdbescherming haar opdracht -ervoor zorgen dat kinderen veilig opgroeien- goed uitvoert. Daarnaast moet toezicht bewerkstelligen dat de kwaliteit van de jeugdbescherming continu verbetert. Als adviseur van Jeugdbescherming Regio Amsterdam stel ik echter vast dat het toezicht zoals het nu is ingericht, het behalen van deze twee doelen te vaak belemmert.
We roepen al jaren dat we te maken hebben met een stapeling van beleidsmakers, wetgevers en hun toezichthouders. Het exacte aantal partijen dat met ons meekijkt is moeilijk vast te stellen, maar in 2016 telden we er in een brandbrief al zeker veertien. Om te zien of wij overal aan voldoen, organiseert iedere toezichthouder haar eigen toezicht en bijbehorende (ICT)systemen. Iedere partij kent eigen regels, kaders en richtlijnen. Voegen we deze allemaal samen, dan hebben we het letterlijk over honderden pagina’s aan voorschriften. Samenhang en afstemming tussen de toezichthouders onderling ontbreken. Elk nieuw toezicht betekent dan ook: meer verantwoording en meer administratieve lasten.
Versnipperd toezicht leidt tot vervreemding van de kern van ons werk. Met ieder zoveelste uitgebreide rapport dat we moeten opleveren, neemt de bereidheid en mogelijkheid van professionals om te leren van feedback af. Dat is extra pijnlijk aangezien we ons regelmatig afvragen wat al dit toezicht nu écht zegt over de kwaliteit van ons werk? Zo heerst er wat mij betreft een overdreven focus op dossiers. Toezichthouders willen deze om tal van redenen inzien (privacy, waarheidsvinding, navolgbaarheid van de acties van de gezinsmanagers, klachtrapportages, metingen, onderzoek, etc.). Bij iedere inzage, wordt de gezinsmanager gevraagd om zich te verantwoorden in een gesprek. Kostbare tijd gaat zo verloren.
We zitten in een negatieve spiraal: minder vertrouwen leidt tot meer toezicht, wat leidt tot een oplopende administratieve druk. Dit heeft gevolgen voor de kwaliteit van de dienstverlening, wat zorgt voor minder vertrouwen in professionals. Met als gevolg een behoefte aan meer toezicht. Dit onbegrensd stapelen van toezichthouders heeft nog steeds geen extra vertrouwen opgeleverd. Wat het ons wel heeft gebracht: een negatief imago en een wildgroei aan klachtenloketten (bij diezelfde toezichthouders) waar mensen onvrede kunnen omzetten in een reeks van klachtprocedures die soms opzettelijk worden gebruikt om het werk van gezinsmanagers te belemmeren.
Dit stuk is zeker geen aanklacht tegen toezicht an sich. Ons werk betekent nogal wat in de levens van kinderen en ouders. Juist om de rechtspositie van onze cliënten te beschermen, moeten en wíllen we onszelf uitermate toetsbaar opstellen. Goed toezicht is essentieel om de samenleving te kunnen laten zien dat we doen wat we behoren te doen, namelijk: kinderen veiligstellen. Precies het soort toezicht dat daarvoor nodig is, ontbreekt nu echter.
Ik wil alle toezichthouders daarom oproepen om kritisch te kijken naar hun eigen rol in dit vraagstuk. Vraag uzelf eens af: leidt ons toezicht tot een werkelijke verbetering van de veiligheid van kinderen en wat is onze eigen rol in de huidige stapeling van het toezicht?
Uiteraard hebben we binnen Jeugdbescherming nagedacht over hoe goed toezicht er wat ons betreft uitziet. Onze ideeën hierover zijn samengevat in een helder manifest. Dit manifest bevat oplossingen om toezicht zo in te richten dat het daadwerkelijk helpt om kinderen nog beter veilig te stellen. Toezichthouders, bent u bereid om het samen met ons anders te doen? #Hetroermoetom!